Ich bin ein Almeerder
Het is met Almere net als met Duitsland (of liever nog: Duitsers). Ik was bij Stadsomroep Almere om iets te vertellen over iets waar ik mee bezig ben. Of zoals ik dat altijd zeg: ik ga een dappere poging doen iets kort te vertellen. Altijd lastig want ik heb nog teveel woorden nodig en dit onderwerp (mandeligheid) zit al zo lastig in elkaar... Afijn: keurig te vroeg aanwezig en een beetje geklets met het diensdoende redactielid. Ik ken de sfeer van de lokale omroep nog goed uit het verleden, toen ik daar actief was. Medewerkers druppelen binnen, de koffiemachine - in dit geval een hele mooie met allerlei soorten koffie - doet 't niet en de koelkast is leeg.
Deze koelkast heeft geen scharnieren meer. Als je m open doet heb je de deur in zijn geheel in je handen. Vaak komen er mensen mee naar de studio. Die willen "het" wel eens in het echt zien. "De Studio" heeft een magische aantrekkingskracht. Daar waar medewerkers zich constant verexcuseren voor de staat van de studio, de koffiemachine en het leven bij een lokale omroep in het algemeen, zijn de gasten vaak wel onder de indruk. Mij storen die kleine gebreken in het geheel niet. Het heeft ook wel z'n charme. De strijd om met minimale middelen of zelfs minder toch iets in de ether of op de kabel te krijgen heeft iets van een natuurlijke, bijna dierlijke overlevingsdrang. Vergelijkbaar met wat je ziet in documentaires op Animal Planet.
De technicus van het programma had 2 vrienden meegenomen, een jonge man en dito vrouw uit Dordrecht. Tijdens het programma wilde ze even de stad bekijken en vroegen me de weg. Nou is dat simpel vanaf de Edestraat en dus gingen ze op pad. Onnodig verexcuseren komt meer voor. Wij, Almeerders, moeten ons ook constant verexcuseren over dat we in Almere wonen of er een bedrijf hebben. Ik ben daar mee opgehouden, want ik zou niet weten waar ik me voor moet schamen. Overdreven trots hoeft ook niet, we zijn een gewone grote stad, met alles wat daar bij hoort. Die omslag in denken over Almere wordt steeds meer zichtbaar. Denk maar even aan het boek “Ik woon in Almere” van Peer Ulijn of het televisieprogramma van Max Westerman met Frits Huis en Annemarie "Miami Vice" Jorritsma.
Bij jongeren merk ik eigenlijk nooit iets echt negatiefs over onze stad. Ook niet bij onze Dordtse vrienden. "En hoe was de stad?", vroeg ik de jonge vrouw na afloop van het radioprogramma. "Zooo hee", reageerde ze enthousiast. "Dat is groot zeg, dat hebben we niet in Dordt, hoor". Er volgde een jaloerse opsomming van alle winkels die ze had gezien. Met wijde armgebaren die de grootte in Almere aangaven. Duim en wijsvinger waren voldoende voor Dordrecht. Daar zijn wel winkels, maar veel kleiner en knusser, begreep ik. En het grappige is dat ik daar weer jaloers op ben, maar dat terzijde. Het is met Almere net als met Duitsland (of liever nog: Duitsers). Iedereen doet er negatief over, tot ze het leren kennen. Almere hoeft zich nergens voor te schamen, en ik doe dat al helemaal niet. Ich bin ein Almeerder!